Hoe bewijsdrang je communicatie kan beïnvloeden
Ik werk al enige tijd met Bart aan zijn communicatie skills. Bart is werkzaam als IT’er bij een overheidsinstantie. Zijn collega’s vinden dat hij te weinig openstaat voor feedback. In projecten gaat hij te veel zijn eigen gang. Bart wil hier zelf ook aan werken omdat hij het gevoel heeft juist veel te veel alleen te moeten doen. In eerdere sessies zijn we er al achter gekomen dat hij een patroon kent van zich enerzijds onzeker voelen en zich anderzijds juist extra sterk te profileren als hij wordt aangesproken op bepaalde kennis. We hebben ook al verkend hoe hij dit patroon van jongs af aan heeft ontwikkeld. Belangrijk kenmerk is dat Bart als kind heeft geleerd dat hij zaken alleen moest oplossen.
Een belangrijke presentatie
In deze sessie vertelt hij over een belangrijke presentatie voor een nieuwe (interne) opdrachtgever. Hij heeft tussentijds negatieve feedback gekregen van een opdrachtgever en dit heeft hem meer geraakt dan hij wilde. Hij heeft daar nog steeds een beetje last van. Bart vertelt dat hij net promotie heeft gemaakt naar een senior IT rol. Hij is daar erg blij mee en daarbij is weer het gevoel getriggerd dat hij nu moet bewijzen dat hij het ook alleen moet waarmaken. Toen hij werd gevraagd voor een belangrijke, maar complexe opdracht voor een interne opdrachtgever, rook hij een kans. Helemaal op eigen kracht heeft hij een – in zijn ogen – goede presentatie gemaakt over zijn voorgestelde aanpak. Zijn opdrachtgever stelde tijdens een tussentijdse bespreking, tegen de verwachting van Bart in, allerlei kritische vragen. Bart had dit niet verwacht en schrok. Hij voelde zich persoonlijk aangevallen. In een klap viel Bart stil. Hij kon de feedback van de opdrachtgever nog wel noteren, maar was niet goed in staat om goed in interactie te zijn.
In slow motion
Een van de dingen die ik soms doe in coaching is in slow motion nagaan wat er gebeurt nadat je geraakt of getriggerd bent. Vaak wordt dan een heel stelsel aan gevoelens, gedachten en fysieke reacties ingezet dat vervolgens leidt tot bepaald gedrag. Op het moment zelf gebeurt er dan zoveel tegelijkertijd dat je het niet doorhebt. Hier achteraf inzicht in verkrijgen kan zorgen voor een ander gevoel over de situatie waardoor je ook weer op andere ideeën en gedragsalternatieven komt.
Wanneer we deze situatie stap voor stap nagaan, kan Bart voelen dat – vanaf het moment dat hij gevraagd werd voor de nieuwe opdracht – de positieve spanning toenam. Gedachten als ‘wouw dit is complex, maar ook een kans om te bewijzen dat ik dit kan’ dienden zich aan. Omdat hij voelde dat dit precies een terrein was waarop hij kon excelleren, rook hij als het ware al de kans op succes. In de gedachtewereld van Bart ging dit gepaard met de overtuiging dat hij dan ook alles in zijn eentje moet waarmaken. Zijn aanvankelijke enthousiasme ging over in een gejaagde gedrevenheid. Deze modus verder volgend kan hij ook voelen dat dit gepaard ging met een afsluiting voor zijn omgeving. Alsof hij in een eigen tunnel terechtkwam. Opties om met collega’s te sparren sloeg hij vanuit deze modus af. Hij kwam in een steeds hogere modus van spanning en gejaagdheid terecht, maar sloot zich dus ook af van anderen.
Terugkijkend
Nu zo achteraf terugkijkend kan Bart daar ook een beetje om lachen; dat hij nu merkt hoe snel hij eigenlijk van aanvankelijk positief enthousiasme in een hoge spanning tunnelvisie terechtkwam.
Nu Bart zich na onze verkenning realiseert dat de trigger weer zijn bewijsdrang was, weet hij dat hij zich niet hoeft te bewijzen. Hij kan vertrouwen op zijn eigen kwaliteiten. Dit maakt dat hij vanuit de gejaagde modus weer tot rust komt. Vanuit deze rustige modus kan hij zien dat de opdrachtgever niet zozeer negatief was over zijn presentatie, maar dat Bart hem te weinig had meegenomen in zijn stappenplan. De opdrachtgever wilde gewoon meer weten en meedenken. Het was geen kritiek op hemzelf persoonlijk. Ook beseft Bart nu dat een aantal collega’s heel nuttig zijn om even mee te sparren. Bart ervaart nu een rustig vertrouwen in het opnieuw in gesprek gaan met de opdrachtgever en het verder bouwen aan zijn presentatie.
En Bart is vanaf nu alert op de trigger bewijsdrang. Zodra deze in gang wordt gezet, weet hij dat hij zichzelf eerste weer in een rustige modus moet brengen. En dan wordt bewijsdrang weer een enthousiaste gedrevenheid. Hiervan uit is hij juist in staat om positief en constructief te communiceren met zijn omgeving.